Controleer uw boeterente!
Als gevolg van de zeer lage rente kan het voordelig zijn om de hypotheek vervroegd af te lossen of om te zetten. De bank brengt u daarvoor boeterente in rekening. De berekening is vaak onduidelijk en niet (eenvoudig) te controleren. Daar is door een Europese richtlijn verandering in gekomen.
Volgens een Europese richtlijn mogen banken niet meer kosten in rekening brengen dan het daadwerkelijke financiële nadeel dat zij lijden door de vervroegde aflossing. De Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft onderzocht of de praktijk aansluit bij de aangescherpte regels. Vervolgens heeft de AFM een leidraad opgesteld waarin wordt uitgelegd hoe het financiële nadeel bij vervroegde aflossing op een adequate wijze kan worden berekend. De leidraad heeft vier uitgangspunten.
- De vergoeding voor vervroegde aflossing wordt berekend over het bedrag van de vervroegde aflossing verminderd met het bedrag dat de klant contractueel vergoedingsvrij mag aflossen.
- De vergoeding wordt berekend aan de hand van een vergelijkingsrente. Dat is de rente die de bank aanbiedt voor een hypotheek met een looptijd die vergelijkbaar is met de resterende rentevast periode. Als de bank geen vergelijkbare looptijd aanbiedt, kiest zij de hoogste naastgelegen rente.
- De vergoeding voor vervroegde aflossing mag niet hoger uitvallen door een inconsistente toepassing van de Loan-to-value (LTV) verhouding bij het vaststellen van de vergelijkingsrente.
- De afgesproken toekomstige aflossingen van de klant worden meegenomen in de berekening van de vergoeding.
Deze wijze van berekenen van boeterente geldt voor wijzigingen die vanaf 14 juli 2016 hebben plaatsgevonden. Wie na die datum vervroegd heeft afgelost doet er goed aan de bank te vragen of het in rekening gebrachte bedrag aan boeterente in overeenstemming is met de leidraad van de AFM.